Wij hebben geen hulp nodig!

Deze kreet hoor je vaak in agrarische kringen. Problemen lossen zich meestal weer op. Even een tandje erbij en het komt goed.
We moeten ook niemand een probleem aanpraten. En iedereen ervaart zijn of haar probleem niet als een probleem.
Uit ervaring wil ik graag wat voorbeelden geven van hulpvragen die ik ben tegengekomen.

Een kleine boer (alleenstaand 59) belt de ZOB-coördinator met de vraag hoe moet/kan ik verder. Uit de boekhouding blijkt dat hij elk jaar ongeveer € 10.000.- achteruit boert. En hij heeft al uitgerekend dat hij na zijn pensioen alleen van de AOW moet leven. Dat vindt hij een nare gedachte en wil graag een planning maken om te zien hoe dat anders kan. In goed overleg zijn er verschillende opties besproken. Waaronder de IOAZ (inkomens ondersteuning agrarische zelfstandigen) om voldoende geld te hebben tot de AOW. Het was niet nodig, want de boer had uiteindelijk zelf bedacht om gehuurd land te laten liggen en een deel van de grond te verkopen. Hiermee kon hij het asbest saneren en het erf opknappen en de woning. En door een gedeelte van zijn vermogen via bancaire lijfrente tot uitkering te laten komen. Het bleek dat er daarmee voldoende besteedbaar inkomen beschikbaar voor hem was.

Een andere boer (alleenstaand 58) heeft een bedrijf met melkkoeien en fokvarkens. Zijn gezondheid is matig en hij werkt zich een slag in de rondte. Heeft geen/onvoldoende inzicht in zijn financiële situatie. Echt een slechte boekhouder die hem veel geld kost. Hij heeft de laatste 3 jaren ongeveer € 150.000.- verlies gehad. De bank zit er bij hem achteraan om een kleine hypotheek terug te betalen. Hij raakt daarvan in de stress, begrijpelijk: Er is voldoende vermogen. Zijn toekomstperspectief is niet houdbaar en voor de toekomst zal hij keuzes moeten maken. Langzaam komen we erachter dat de fokvarkens het verlies veroorzaken door lage opbrengstprijzen het inhuren arbeid en mest afzetkosten. Eigenlijk wil hij geen keuze maken: Het is altijd weer goed gekomen. Maar de tijden veranderen en zijn gezondheid laat ook te wensen over. In de gesprekken komen we samen tot de conclusie dat hij genoeg werk heeft met de melkkoeien en daar ook nog wat aan verdient. Deze boer neemt zelf het besluit dat hij toch gaat stoppen met de varkens.

De eerste boer heeft zelf contact gezocht met de ZOB en hij zag zijn eigen situatie en was ontevreden. Maar wist niet goed waar hij moest beginnen. En stond open voor ideeën om samen naar een oplossing te komen. Bij de tweede boer kwamen we via de bank bij hem aan tafel. Hij had geen probleem en we willen ook niemand een probleem aanpraten. Maar zijn werkwijze en gezondheid hebben hem gedwongen keuzes te maken. De eerste man is erg tevreden met zijn keuze. Maar de tweede man vindt dat hij slachtoffer is van de regelgeving, bank, grote boeren enz..

De moraal van dit verhaal is toch: Laat iemand eens een keer mee kijken. Maak een afspraak met een vrijwilliger van de ZOB of iemand anders die je vertrouwt en kennis heeft van zaken. De vrijwilligers van de ZOB zijn opgeleid om een goed gesprek met u aan te gaan. En zijn ervaringsdeskundige die kosteloos (gratis maar niet voor niets) met u sparren over jouw toekomst!

Henk Slagman (Begeleider ZOB Oost)

Reacties zijn gesloten.