Het verhaal van Jan; niet iedere boer heeft een bewuste keuze kunnen maken om boer worden

Jan werkte samen met zijn ouders op het veebedrijf. De samenwerking met vader ging goed. Groot was het gemis toen in 1985 vader overleed; vanaf die tijd runden moeder en Jan de boerderij. Door het wegvallen van vader veranderde er veel, voor moeder was de boerderij alles. Na het overlijden bepaalde moeder de koers van het bedrijf en Jan voerde het uit. Hij was gewend om te werken, wat minder om na te denken over de strategie, dat lag hem wat minder. Jan had niet geleerd zelfstandig beslissingen te nemen en dat werd een probleem toen moeder overleed. Hij stond er alleen voor en had moeite met het nemen van de juiste beslissingen, was ook erg beïnvloedbaar. Het ging niet goed met het bedrijf, de omvang van het bedrijf liep terug, gevolg minder opbrengsten met wel dezelfde vaste kosten. Daarnaast kreeg Jan ook nog een ongeluk waardoor het fysiek minder ging. Hij wilde geen zorg, was zelf dokter.

Hoe is ZOB binnen gekomen?

In zijn omgeving zag iedereen eigenlijk wel dat het niet goed ging met Jan en het bedrijf. Een erfbetreder (voervoorlichter) heeft actie ondernomen en na overleg contact opgenomen met ZOB. De vrijwilliger(s) zijn voorgesteld aan Jan, die het thuis overlegde met zijn zuster en daarmee startte het traject. Jan vertrouwde niet iedereen en dat is een eerste vereiste voor een fijn begeleidingstraject. Maar doordat de zus achter de begeleiding stond kwam dat vertrouwen er wel en konden diverse onderwerpen besproken worden. Punten van aandacht waren de schulden, twijfelachtige transacties en twijfelachtige contacten, de fysieke gesteldheid maar ook zijn psychisch welbevinden. Jan is beïnvloedbaar en had moeite met de bedrijfsvoering in zijn eentje, vooral op strategisch niveau. Daarom is er ook gekozen voor bewindvoering.

In augustus is Jan ziek van de tractor gehaald en opgenomen in het ziekenhuis. Zijn zus hielp Jan met veel zaken. Toen Jan in het ziekenhuis lag werd de vraag gesteld; hoe nu verder? In de afgelopen periode was eigenlijk wel duidelijk geworden dat het voor Jan moeilijk was om geheel zelfstandig een bedrijf te runnen. Na de hulp van zijn ouders was zijn zus nu zijn steun en toeverlaat geworden. Maar wat dan te doen met het nog aanwezige vee? Eerst zijn ze bij een ander gestald en toen Jan na een week uit het ziekenhuis was is het vee verkocht. Jan moest aansterken met zorg thuis. Na een maand is hij toch nog onverwacht overleden als gevolg van hartproblemen.

De zus van Jan was tot het overlijden zijdelings betrokken bij de contacten met ZOB. In die tijd zijn de schulden op een rij gezet, is er contact geweest met alle crediteuren met als gevolg geen incasso’s meer, is er een nieuwe accountant gezocht en gevonden, is de administratie vanaf 2019 bijgewerkt, zijn er aangiften gedaan, is er door een jurist kritisch gekeken naar twijfelachtige transacties en is de bewindvoering geregeld.

Door het overlijden van Jan veranderde alles opeens. Naast het verdriet en gemis moet er veel geregeld worden. Eerst de zaken m.b.t. het overlijden en de crematie regelen. Daarna komen er andere vragen. Wat staat ons te doen? Is er een testament en wie zijn de erfgenamen. Is het verstandig om de erfenis te aanvaarden (vergelijk tussen bezittingen en schulden) en de verdere risico’s van het wel of niet aanvaarden van de erfenis. Als zus en zwager werden zevan het ene op het andere moment geconfronteerd met allerlei zaken waar ze geen weet van hadden. Daarom is ZOB betrokken gebleven voor de familie en de hulpvraag voortgezet. In overleg met de accountant, crediteuren, notaris, jurist en andere adviseurs is er getracht het traject tot een goed einde te brengen. Dit is tot op heden redelijk gelukt. Door compromissen zijn de vraagstukken opgelost en de meeste schulden betaald. Per saldo heeft het veel geld gekost maar het is niet anders. Het is nu wel duidelijk en het verhaal kan afgesloten worden.

Als ZOB er niet was geweest is onbekend wat de situatie per heden zou zijn geweest. We hebben de hulp van ZOB in dank aanvaard en waar nodig professionele hulp ingeschakeld. Er is zeer intensief contact geweest waarbij duidelijk meegedacht werd door de begeleiders met kennis van de agrarische sector. Na het overlijden van Jan hebben we het traject voortgezet als familie, erfgenamen, met weinig tot geen kennis van de landbouw en een landbouwbedrijf. Er is vanaf het overlijden tot op heden door ons veel kennis en ervaring opgedaan, waar wij ook duidelijk voor open stonden. Als familie hebben we de zaken nu goed op een rij en we weten wat wij nu willen en kunnen. Er is weer een toekomst waaraan gewerkt kan worden.

De voeradviseur:

Al jaren kom ik bij Jan vanuit mijn rol als voeradviseur. Jan zou ik omschrijven als een boer die hart voor zijn dieren heeft. Het viel echter niet mee om het bedrijf netjes te houden en alles goed te overzien. In zijn bedrijfsvoering was hij ook niet altijd gestructureerd. Doordat zijn gezondheid minder werd, werd het voor Jan steeds lastiger om zijn bedrijf goed te runnen. Ik kon aan Jan merken dat hij altijd veel te vertellen had als ik kwam. In deze gespreken gaf hij ook al eens aan dat het mentaal minder ging. Hierop had ik hem getipt om met familie of externe mensen in gesprek te gaan, daar was hij echter nog niet aan toe, vertelde hij. 

Het ging steeds minder met Jan en het bedrijf en op een moment kwam ik op een ochtend bij hem toen hij nog aan het melken was en vroeg ik hem hoe het ging. Jan gaf aan dat niet goed ging en ik kon aan zijn gezicht zien dat het hem emotioneerde. Mijn gevoel zei me dat dit het moment was om hem te vragen of hij hulp wou aanvaarden. Daarop heeft hij ja gezegd en toen heb ik contact gezocht met iemand van Zorg Om Boer en tuinder. Vanaf toen is het balletje gaan rollen en is de hulp gestart. 

De tip die ik aan anderen mee wil geven is, mocht je in een situatie komen dat je denkt dat het minder gaat met de boer, vraag er dan naar en maak het bespreekbaar. Vraag ook andere familieleden of erfbetreders wat hun beeld is. Is er hulp nodig, schakel dan bijvoorbeeld Zorg Om Boer en tuinder in! 

Ervaring familie, zus Marian: 

“Ze zeggen dan wel: een keukentafelgesprek en een luisterend oor; voor ons waren ze meer dan dat. Een probleemstelling als deze kan voor hen ook een leerschool zijn. We mogen de erfbetreder dankbaar zijn dat hij actie heeft ondernomen; dit zouden meer erfbetreders moeten doen wanneer zich op een agrarisch bedrijf problemen voor doen waarvoor geen hulp wordt ingeroepen. Hier zijn dergelijke organisaties voor.”

Reacties zijn gesloten.